Voedingsindustrie

Wageningen University: te intieme banden met de voedingsindustrie?

Levensmiddelentechnologen van de Wageningen University die ons adviseren dat “E-nummers niet schadelijk zijn” en dat we “beter naar de McDonald’s kunnen gaan als we E-nummers willen vermijden” (bron). In hoeverre zijn dit soort lieden een spreekbuis en marionet van de voedingsindustrie? Heeft Wageningen University te nauwe banden met de voedingsindustrie? Ik zal één en ander hieronder toelichten.

In 2011 bleek uit een [highlight]onderzoek van het bureau Profundo, in opdracht van het tv-programma Zembla, dat er tal van financiële banden bestaan tussen Wageningen University en chemische bedrijven zoals BASF, Bayer en Syngenta[/highlight]. Volgens de universiteit wordt 70 procent van het onderzoek gefinancierd door overheden of uit onafhankelijke fondsen. De resterende 30 procent van het geld komt van het bedrijfsleven.

Als gevolg van de privatiseringen in Nederland eind jaren ’80 werden diverse landbouwkundige onderzoekscentra samengebracht onder de noemer Wageningen University & Research Centre (WUR). De WUR heeft twee onderdelen: de universiteit zelf en de Dienst Landbouwkundig Onderzoek (DLO). De DLO bestaat uit negen commerciële onderzoekscentra zoals:
– Alterra
– Landbouw-Economisch Instituut (LEI)
– Plant Research International (PRI)
– Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (PPO)
– RIKILT (Rijks Kwaliteitsinstituut voor Land- en Tuinbouwproducten).

In het DLO werken [highlight]diverse onderzoekers die directe financiële banden met de industrie hebben[/highlight]. Ik heb er vier hieronder gezet:

1. Dr. Theodorus Brock, [highlight]senior researcher bij Alterra, onderdeel van de Wageningen University[/highlight] & Research Centre (WUR), lid van het EFSA’s PPR-panel en [highlight]gefinancierd door bedrijven als Bayer, Syngenta, United Phosphorus Limited, Celcius, Makhteshim-Agan en BASF[/highlight]. (bron)

2. [highlight]Professor Ivonne Rietjens van Wageningen University[/highlight] Agrotechnology & Food Sciences en voormalig voorzitster van EFSA’s ANS panel [highlight]ontving gelden van Nestlé[/highlight] en was met enkele Nestlé employees de co-auteur van wetenschappelijke artikelen. Vanaf 2010 werd haar laboratorium door de Internationale Organisatie van Smaakstoffen Industrieën (IOFI) gefinancierd. De IOFI is een lobby groep voor fabrikanten van smaakstoffen. (bron) [highlight]Ook was Rietjens voorzitter van het EFSA panel dat voedseltoevoegingen als Aspartaam moet beoordelen. Dit terwijl Nestlé als grootverbruiker een zeer groot belang heeft bij een veilig verklaring van Aspartaam door EFSA. De kunstmatige zoetstof zit namelijk in veel van Nestlé’s dieetproducten [/highlight]. (bron)

De Italiaanse [highlight]kankeronderzoeker Morando Soffritti claimt in een reeks studies met ratten en muizen te hebben aangetoond dat Aspartaam kankerverwekkend is[/highlight]. Maar EFSA verwees de verontrustende bevindingen van de Italiaan resoluut naar de prullenbak. Op verzoek van VN bekeek de gezaghebbende Utrechtse hoogleraar toxicologie Martin van den Berg Soffritti’s werk. “Je kan zijn resultaten niet zomaar van tafel vegen,” zegt Van den Berg. “Hij komt met een originele verklaring voor zijn resultaten. Aspartaam wordt in de darmen omgezet in andere stoffen. Daarbij ontstaat onder andere methanol, en daarvan weten we absoluut zeker dat het formaldehyde geeft. Daarvan is geen twijfel mogelijk dat het kankerverwekkend is.”

Rietjens was tot eind 2010 ook actief voor het International Life Sciences Institute (ILSI). Dit instituut presenteert zich als een “neutraal” forum dat wetenschappers van de overheid, de industrie en de universiteiten bij elkaar brengt om samen de beste wetenschappelijke kennis te verschaffen over gezondheidskwesties. Maar [highlight]ILSI wordt goeddeels gefinancierd door bedrijven als Coca-Cola, Danone, Nestlé, Monsanto en Unilever[/highlight]. Ook ILSI heeft geen onbeschadigd blazoen. In 2001 [highlight]legde een onderzoek van de WHO bloot dat ILSI direct betrokken was bij pogingen van de tabaksindustrie om twijfel te zaaien over de gezondheidseffecten van roken[/highlight]. Eenzelfde patroon lijkt zich af te tekenen in de obesitasdiscussie.

3. Dr. Tjeerd Blacquiere van het Plant Research International (PRI), onderdeel van Wageningen University & Research Centre, heeft financiële connecties met Nunhems Nederland (100% dochter van Bayer) en Syngenta Seeds (100% dochter van Syngenta). Hij adviseerde de Nederlandse overheid om het pesticide Imidacloprid op de Nederlandse markt toe te laten, terwijl in de wereldwijde wetenschappelijke literatuur deze stof verantwoordelijk wordt gehouden voor de massale bijensterfte. Imidacloprid wordt vervaardigd door Bayer. (bron)

4. Paul van den Brink trad eind 2008 aan als hoogleraar “chemische stress ecologie” bij het Wageningse onderzoeksinstituut Alterra. Zijn [highlight]leerstoel werd mede gefinancierd door de concerns Syngenta (bestrijdingsmiddelen, zaden en gentech) en Bayer (bestrijdingsmiddelen, chemie, gentech en medicijnen)[/highlight]. Inmiddels is die informatie nergens meer op de website van de universiteit te vinden. Desgevraagd liet Van den Brink in Vrij Nederland weten dat de genoemde financiering om geringe bedragen ging, “veertigduizend per jaar of zo” en dat er inmiddels een einde aan was gekomen. (bron)

Hoogleraren Wageningen University betaald door FrieslandCampina
De campus herbergt niet alleen de hoofdgebouwen van Wageningen University & Research Centre, de WUR, maar ook het moderne, in 2013 door koningin Maxima geopende onderzoeksgebouw van de grootste zuivelcoöperatie ter wereld, FrieslandCampina. [highlight]Twee hoogleraren van Wageningen University worden rechtstreeks door FrieslandCampina betaald[/highlight], twee via de Nederlandse Zuivel Organisatie (voor een flink deel gefinancierd door FrieslandCampina) en het Top Institute Food and Nutrition, één van de belangrijkste onderzoeksinstituten waarin de Wageningen Universiteit deelneemt, staat onder leiding van weer een andere professor van FrieslandCampina. (bron)

[highlight]Dagblad Trouw kopte in 2013: “Wageningen” geeft onafhankelijkheid weg aan industrie”[/highlight] en begon vervolgens met: “Met de benoeming van BASF-functionaris Bennard van Ravenzwaay tot bijzonder hoogleraar verkwanselt de Wageningen Universiteit haar onafhankelijkheid aan de industrie.” Van Ravenswaay is al sinds 1987 werkzaam bij BASF. De krant baseerde zich op de informatie van Pesticide Action Network, een Europese koepel van organisaties die tegen het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de landbouw ageren, en schreef: “Volgens PAN Europe pakken de wetenschappelijke publicaties van Van Ravenzwaay vaak positief uit voor de industrie. De organisatie haalt een studie aan uit 2000, waarvan [highlight]Van Ravenzwaay als tweede auteur stelde het schimmelbestrijdingsmiddel vinclozolin van BASF veilig was in lage doses. Dit middel werd vervolgens in 2006 in de EU verboden wegens een risico op verminderde vruchtbaarheid bij vrouwen.[/highlight] Wageningen is een voorbeeld van een ontwikkeling dat universiteiten steeds meer het slachtoffer worden van het bedrijfsleven”, aldus Hans Muilerman van PAN Europa.”Echt onafhankelijke wetenschap wordt schaars. [highlight]Uiteindelijk zullen de partijen met het meeste geld, zoals de chemische industrie, het wetenschappelijke debat gaan dicteren[/highlight].” (bron)

Volgens een uitzending van Zembla in 2011 trof men de hoogste bijensterfte in Europa aan in Nederland. Maar liefst 30% bijensterfte, waar dit voorheen 10% bedroeg. De sterfte-explosie liep gelijk met de invoering van een nieuw insecticide: Imidacloprid, een neonicotinoïde. Dit middel maakte spuiten overbodig, omdat het preventief op de zaden is aangebracht, waardoor de hele plant giftig wordt. Het gif werd geproduceerd door Bayer en anders dan in Nederland, is het middel in Duitsland, en Frankrijk verboden, aldus Zembla.

De Nederlandse overheid liet zich echter adviseren door Dr. Tjeerd Blacquiere, de eerder hierboven genoemde medewerker van de afdeling Plant Research International (PRI) aan de universiteit in Wageningen. [highlight]Blacquiere wees het verband tussen het gebruik van pesticiden en de bijensterfte af [/highlight]en voerde als oorzaak van de bijensterfte de Varroa-mijt aan. Wereldwijd is de wetenschappelijke literatuur echter van mening dat, ofschoon de Varroa-mijt een rol speelt, pesticiden en dan met name de neonicotinoïden de belangrijkste oorzaak van de bijensterfte zijn. Blacquiere kon voor zijn stelling dat enkel Varroa-mijt verantwoordelijk is voor de bijensterfte, geen enkel wetenschappelijk bewijs overleggen. [highlight]Door zijn status als wetenschapper aan de universiteit van Wageningen trok de overheid zijn advies niet in twijfel en keurde het gebruik van Imidacloprid in Nederland goed. Blacquiere bleek echter financiële banden te hebben met Bayer[/highlight]. Zijn instituut werkte niet alleen voor de universiteit, maar ook voor de industrie. Zembla deed verslag van een onderzoek van het Profundo waaruit bleek dat er directe banden bestonden tussen het Wageningse onderzoekscentrum en Bayer, Syngenta en BASF. Twee zaadcoatingsbedrijven Nunhems Nederland (100% dochter van Bayer) en Syngenta Seeds bleken financiële bijdragen te doen aan de Wageningse universiteit en gebruikten Imidacloprid. [highlight]Volgens Zembla was het Wageningse instituut direct betrokken bij de ontwikkeling van Imidacloprid en derhalve kon Blacquiere nooit een onpartijdig advies geven over de giftigheid t.a.v. bijenkolonies[/highlight].

In januari 2013 verklaarde de EFSA dat neonicotinoïden een ernstige bedreiging voor bijen vormen waardoor er een schorsing van twee jaar kwam op de stoffen (clothianidin, thiametoxam en imidacloprid). (bron)

Wageningen University is door zijn intieme relatie met de voedingsindustrie niet in staat onafhankelijke en onpartijdige adviezen te geven. Begrijp je na dit verhaal beter waarom sommige levensmiddelentechnologen zeggen dat: “E-nummers zijn per definitie onschadelijk, want dat is waar de ‘E’ in het E-nummer voor staat: dat de stof veilig is bevonden door de Europese autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA). E-nummers zijn beter getest dan onze voeding zelf”, aldus Ralf Hartemink, levensmiddelentechnoloog aan Wageningen University. (bron).

Onthoud deze gezegde: “Wiens brood men eet, diens woord men spreekt.”

Bronnen:
Zembla
Vrij Nederland
Trouw
– Corporate Europe Observatory

Erkin Oksak

Ik vind dat mensen zich bewust moeten zijn van wat ze eten en in hun lichaam binnenkrijgen. In mijn ogen levert de voedingsindustrie een belangrijke bijdrage aan de huidige chronische ziekten in onze samenleving. Goede voeding, geen medicijnen, is de sleutel tot een goede gezondheid. Klik hier voor mijn persoonlijk verhaal en motivatie »

Related Articles

Subscribe
Hou me op de hoogte van

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments
Back to top button
0
Would love your thoughts, please comment.x